Participatie

Inwoners en ondernemers moeten kunnen meedenken over de fysieke leefomgeving. Dat is de omgeving waarin wij met z’n allen leven, wonen, werken, reizen en recreëren. De Omgevingswet biedt daarvoor extra mogelijkheden. Van de initiatiefnemer (plannenmaker) wordt verwacht dat hij of zij mensen in de omgeving informeert en betrekt bij het uitwerken van de plannen.

Waarom is participatie belangrijk? 

Of het om een dakkapel gaat of over een huizenblok, het is altijd handig om de omgeving goed te informeren en te betrekken bij een plan dat invloed heeft op de omgeving.  

Als de impact op de omgeving groter is, wordt participatie belangrijker. Bij de komst van een dakkapel kan het genoeg zijn om de buren te informeren, maar bij een plan van nieuwe appartementen is een inloopavond nodig. Voor omwonenden is het handig om te weten wanneer je aan de slag gaat met je plan en of zij jouw idee nog kunnen aanvullen of verbeteren. Soms verandert voor hen bijvoorbeeld het uitzicht of zorgt jouw plan voor minder licht of minder privacy. Neem daarom de mensen en eventuele organisaties uit je omgeving mee in je plannen: ga in overleg en sta open voor suggesties voor eventuele aanpassingen van je plan. Er kan een onderdeel van je plannen zijn dat niet bespreekbaar is. 

Participatie gewenst of verplicht 

De Omgevingswet zorgt ervoor dat je in veel gevallen kunt meepraten over plannen die in je buurt worden ontwikkeld: participatie. Het kan gaan om plannen van bijvoorbeeld je buren, van ontwikkelaars of plannen van de overheid (gemeente, waterschap, provincie of Rijk). 
 

Participatie bij ideeën en plannen van de gemeente

Met de komst van de Omgevingswet vraagt de gemeente vaker inwoners en ondernemers om mee te denken en mee te praten (bijvoorbeeld bij het omgevingsplan, het Pekelder hoofddiep en Thuus in Nij Pekel). Aan het begin van het traject geeft de gemeente aan wie hierbij worden betrokken en waarover er meegedacht kan worden. De uitkomsten worden gedeeld en er wordt aangegeven hoe deze zijn verwerkt in de plannen. In het participatiebeleid staat beschreven wat de eisen hiervoor zijn.

Participatie bij plannen van overheden is niet alleen in bepaalde gevallen een wettelijke vereiste onder de Omgevingswet, maar ook een manier om samen te werken aan een leefbare en mooie gemeente Pekela. Door de meningen en ideeën van de gemeenschap te betrekken, versterken we het draagvlak en de kwaliteit van initiatieven.
 

Participatie bij ideeën en plannen van u of anderen

Ben je zelf initiatiefnemer, dan is participatie gewenst en soms verplicht. Als een vergunning nodig is, dan is participatie belangrijk. Dit geldt ook als uw plannen aan de regels van het omgevingsplan voldoen. Bij de vergunningaanvraag moet u aangeven of u aan participatie heeft gedaan, wat u heeft gedaan en wat de resultaten zijn.  

De gemeenteraad heeft gevallen aangewezen waarin participatie verplicht is. Als er te weinig aan participatie is gedaan krijgt u de kans dit te herstellen, in het ergste geval kan de aanvraag worden geweigerd. Dit geldt bijvoorbeeld voor een omgevingsvergunning voor activiteiten die niet voldoen aan het omgevingsplan en door de gemeenteraad zijn aangewezen als verplicht participeren. Enkele voorbeelden van deze zogeheten buitenplanse activiteiten zijn de bouw van een woning in het buitengebied, het bouwen van een windmolen met een ashoogte van meer dan 15 meter, een zonneweide van meer dan 200 vierkante meter, het uitbreiden van bedrijven met meer dan 15% overschrijding van het omgevingsplan, een nieuw winkelcentrum, de ontwikkeling van een industrieterrein of het ombouwen van een kantoorpand tot woonruimte. 

Wij adviseren om altijd buren te informeren als jouw plannen invloed hebben op anderen in je omgeving. Als je bijvoorbeeld zelf een plan hebt, zoals het bouwen van een schuur of het plaatsen van een hek, laat de buren dan vooraf zien wat je van plan bent. De omgeving vroeg bij een project betrekken, vergroot het draagvlak en voorkomt vaak bezwaren in een later stadium. 


Welke vorm van participatie is gewenst?

Participatie is bij ieder project anders. Voor kleine projecten gelden andere eisen dan voor grote projecten. De beste manier van participeren hangt af van wat voor type project het is, wat de impact op de omgeving is en wat de initiatiefnemer wil bereiken met de participatie. Soms is het doel simpelweg om de buren te informeren, maar het kan ook zijn dat de initiatiefnemer wil dat de buren actief meedenken en meepraten. 

Het is daarom belangrijk om een vorm van participatie te kiezen die goed past bij het project, bij de mensen die erbij betrokken zijn, en bij de doelen van de initiatiefnemer. Enkele veelgebruikte methoden van participatie zijn: 

  • Flyers of brieven: Maak een flyer of brief met informatie over het plan en verspreid deze in de buurt om te informeren over uw plan.
  • Deur-tot-deur gesprekken: Ga persoonlijk langs bij je buren om ze te informeren over het project en hun input te vragen. Dit zorgt voor een directe en persoonlijke aanpak.
  • Kleine buurtbijeenkomsten: Nodig een klein groepje buren uit voor koffie of thee om het project te bespreken.
  • Openbare bijeenkomsten: Een informatieavond in een lokaal buurthuis waar buren en andere belanghebbenden kunnen komen luisteren en vragen kunnen stellen over het project.
  • Workshops: In kleine groepen kunnen mensen dieper ingaan op bepaalde onderwerpen en directe feedback geven. 

Kijk voor een overzicht van welke vorm u wanneer kunt toepassen onder de kop ‘Participatie bij mijn eigen (bouw)plan of vergunningaanvraag’ op deze pagina. 


Participatie bij mijn eigen (bouw)plan of vergunningaanvraag 

Als initiatiefnemer bent u verantwoordelijk voor het betrekken van uw omgeving. Dit betekent dat u vroeg en duidelijk moet communiceren over uw plannen en open moet staan voor de input van anderen. Werkt u aan een (bouw)plan? Weet dan dat wij het als gemeente belangrijk vinden dat de omgeving op tijd betrokken wordt.  


Handreiking participatie bij omgevingsvergunningen


Voor u als initiatiefnemer is er een handreiking opgesteld wanneer en hoe er het beste met uw buren of buurtbewoners geparticipeerd kan worden. Deze handreiking vindt u in zijn geheel hier: Handreiking participatie.  

Hieronder leest u de samengevatte richtlijnen en tips voor het inzetten van participatie: 

  • Betrek de omgeving: Breng uw buren en omgeving vroegtijdig op de hoogte van uw plannen, zodat er ruimte is voor een gesprek en eventuele aanpassingen
  • Verantwoordelijkheid initiatiefnemer: Niemand kent uw plannen beter dan u, daarom bent u verantwoordelijk om het gesprek aan te gaan.
  • Bedenk wat u bespreekt: niet op alle onderdelen kan altijd worden meegedacht. Denk vooraf goed na waar ruimte is om over mee te praten en wat al vast ligt.
  • Bepaal het doel: is het doel om alleen te informeren of om samen te bouwen aan het plan?
  • Hoe pak ik het aan? Klap onderstaande tabel uit voor een overzicht van welke vormen van participatie u kunt toepassen in welke situatie. 

Vorm  

Toelichting 

Eisen 

Zeer kleine verbouwing: Bijvoorbeeld: dakkapel, schuurtje/aanbouw van de erfgrens af, schutting, interne verbouwing 

Als de buren weinig merken van de bouwplannen, moeten ze er alleen van horen, ook als een vergunning niet verplicht is. 

  • Vertel uw buren van uw plannen.  

  • Noteer bij uw aanvraag welke buren u heeft geïnformeerd en 1 van 16 of hun reactie positief of negatief is 

Kleine (ver)bouw

Bijvoorbeeld: Schuurtje op erfgrens, max 2 nieuwbouwwoningen, loods 

Informeer de buren. Neem de tekening mee als u met ze in gesprek gaat. 

  • Vertel uw buren van uw plannen  

  • Noteer bij uw aanvraag welke buren u heeft geïnformeerd en of de reactie positief of negatief is  

  • Geef aan wat u met een negatieve reactie aan uw plannen heeft veranderd (kan ook niks zijn)  

  • Geef uw buren een week de tijd om met een reactie te komen  

  • Geef aan hoe het vervolg eruitziet (vergunningaanvraag, wanneer start bouw, moet u over grond van de buren etc.) 

Grote ontwikkelingen

Bijvoorbeeld: Meer dan 3 woningen, appartementen, herontwikkeling, nieuw bedrijventerrein of ontwikkeling op initiatief van gemeente dat niet past in het omgevingsplan 

Hierbij merken niet alleen de buren, maar ook de omgeving iets van de plannen. Daarom moeten er meer mensen worden geïnformeerd. Eventueel is een informatiebijeenkomst nodig. 

De aanvraag kan niet worden behandeld zonder participatie. Vraag buren en anderen die iets merken van uw plannen, uw adviseur kan hierin meedenken. Leg het vast in een verslag. Hierin staat minstens:  

  • Wat u heeft gedaan  

  • Hoe de omgeving reageerde  

  • Wat u (niet) heeft aangepast aan uw plannen  

 

Informatiebijeenkomst vereist bij:  

  • Herontwikkeling   

  • Herbestemming naar bedrijf 

  • Grondgebonden zonnepark 

 

Aandachtspunten informatiebijeenkomst: 

  • Verstuur de uitnodiging minstens 2 weken vooraf  

  • Kan iemand niet? Geef dan de kans om schriftelijk te reageren  

  • Geef iedereen de kans er een nachtje over te slapen en te overleggen (eventueel met adviseurs) voordat ze moeten reageren 

 

  • Participatie kost tijd: Hou er rekening mee dat participatie tijd kost. Reken deze tijd mee in je planning. En zorg ervoor dat je de participatie afgerond hebt, inclusief het verslag van de participatie, voordat je inlogt bij het online Omgevingsloket voor je aanvraag of melding.
  • Voorkom dubbel werk: Probeer te voorkomen om vaker terug te gaan met dezelfde vraag. Bedenk vooraf of de vraag compleet is. Dit kan bij nieuwbouw bijvoorbeeld door naast over de woning ook over een schuurtje te spreken.
  • Komt u er niet uit? De gemeente helpt u om in gesprek te gaan met de omgeving. Er zijn duidelijke richtlijnen over wanneer en hoe in gesprek te gaan. Komt u er toch niet uit? Neem dan contact op met de behandelaar van uw aanvraag.
  • Wettelijk: Als u en uw omgeving er om wat voor reden niet uitkomen, dan kan de gemeente of de rechter de knoop doorhakken via een zienswijze of bezwaar. U en de omgeving houden dezelfde rechten als u het niet eens bent met de keuze van de gemeente.
  • Resultaten verwerken:

Vraagt u een vergunning aan? Gebruik dan het onlineaanvraagformulier van het Omgevingsloket om aan te geven wat u heeft gedaan aan participatie.
Vraagt u een buitenplanse omgevingsplanactiviteit waarvoor participatie verplicht is of wijziging van het Omgevingsplan aan? In dat geval moet u een verslag maken.

  • Verslag maken: Een verslag is nodig bij een informatiebijeenkomst, buitenplanse omgevingsplanactiviteit en wijziging omgevingsplan. Voeg dit verslag als bijlage bij de aanvraag. Hierin beschrijft u in ieder geval het volgende:
    • Wie u heeft benaderd
    • Welke reacties u heeft ontvangen
    • Wie waren aanwezig (let op, denk ook aan adviseurs, medewerkers gemeente en uzelf)
    • Hoe heeft u de plannen gepresenteerd (bijvoorbeeld presentatie, filmpje, informatiestand etc.)
    • Wat u met de reacties heeft gedaan
    • Of en hoe de plannen zijn aangepast 
  • Plannen van uw buren: Als buren plannen hebben dan nemen ze contact met u op. Hoe ze dat doen is aan degene die het plan ontwikkelt. De initiatiefnemer mag uw mening naast zich neerleggen maar moet dan wel aangeven waarom hij dat doet.
  • De buren bouwen maar hebben u niet geïnformeerd: In dit geval gaat u met uw buren in gesprek. Het kan zijn dat er geen vergunning nodig is. De gemeente mag een vergunning niet zomaar weigeren, in uitzonderlijke gevallen kan dit als u niet bent geïnformeerd. 


Wet- en regelgeving